. "Na een studie rechten in Utrecht werkte L. Einthoven (1896-1979) vanaf 1920 als ambtenaar in Nederlands-Indië. In 1933 werd hij commissaris van politie in Rotterdam. Einthoven was partijloos, maar had sympathie voor autoritaire denkbeelden. Op 24 juli 1940 richtte hij samen met de Groningse commissaris van de Koningin J. Linthorst Homan en de Tilburgse hoogleraar J.E. de Quay de Nederlandsche Unie op. Doel van het 'driemanschap' was het creëren van een krachtige Nederlandse niet nationaal-socialistische organisatie, die een tegenwicht was tegen de NSB en de Duitse bezetter, maar die wel bereid was met de Duitsers te werken. De Unie moest de verzuiling doorbreken. De Unie kreeg in korte tijd 800.000 leden. In januari 1941 trok Einthoven zich terug, omdat de koers van Linthorst Homan te pro-Duits was. In de zomer van 1941 keerde hij nog korte tijd terug, maar in december 1941 werd de Unie door de Duitse bezetter verboden. In mei 1942 werd Einthoven gijzelaar in St. Michielsgestel. In september 1944 ontsnapte hij en week uit naar het bevrijde zuiden. Na de oorlog werd Einthoven hoofd van het Bureau Nationale Veiligheid (BNV) en daarna van de Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD). In 1961 ging hij met pensioen. Het archief bevat enkele particuliere stukken en materiaal over de stichting Nederlands Volkskracht (1938-1940), de Nederlandsche Unie, inclusief de polemiek met L. de Jong over de Unie, het BNV en de BVD (met onder meer de zuivering, handhaving van de openbare orde direct na de bevrijding, stukken over de door Koningin Juliana in 1951-1953 georganiseerde conferenties voor wereldvraagstukken en over Prins Bernhard en de zogenoemde 'King Kong-affaire' (C. Lindemans) (1953-1971))."@nld . "0.3 meter; 63 inventarisnummers"@nld . "Inventaris van het archief van Louis Einthoven [levensjaren 1896-1979], 1938-1979"@nld . . . "Inventaris van het archief van Louis Einthoven [levensjaren 1896-1979], 1938-1979"@nld . . .